Begaafdheid wordt niet gediagnosticeerd maar geïdentificeerd. Diagnosticeren is voorbehouden aan situaties waarbij er mogelijk sprake is van een leer- of ontwikkelingsstoornis. Identificeren gaat over het herkennen van een verzameling kenmerken en eigenschappen die samen naar een bepaalde vorm van gedrag of aanleg verwijzen, in dit geval mogelijke (hoog) begaafdheid. In het onderwijs wordt ook wel gesproken over “schooldiagnostiek”. Dat betreft het proces waarbinnen de schoolse context en binnen de bevoegdheden van een leraar geobserveerd wordt in hoeverre gedrag en resultaten van een leerling passen bij een specifiek beeld, bijvoorbeeld (hoog)begaafdheid.
Peergrouponderwijs – Zelfregulerend leren
Als leerlingen zelfregulerend leren dan stellen ze zelf hun doelen, selecteren ze zelf welke taken en opdrachten passend zijn om de gekozen doelen te behalen en organiseren zij hun eigen handelen zodanig dat dit ook realistisch en haalbaar is. Om dit te kunnen doen is de ontwikkeling van metacognitie (op een reflecterende wijze kunnen kijken naar je eigen (leer)gedrag) een eerste vereiste. Vervolgens is het meer in het algemeen kunnen reguleren van het eigen gedrag vereist en pas als dat goed is ontwikkeld kunnen leerlingen ook zelfregulerend leren.
Peergrouponderwijs – Funderend onderwijs
Peergrouponderwijs – Psychologische identificatie
Psychologische identificatie is het vergroten van gevoelens van eigenwaarde door zich te vereenzelvigen met een persoon van aanzien. Met andere woorden: identiteit ontwikkelen mensen in interactie met anderen en daarbij is het relevant dat er betekenisvolle anderen zijn in je omgeving waaraan een mens zich kan spiegelen en waarvan je ook kunt denken: “zo zou ik ook graag willen zijn” of “dat zou ik ook graag willen snappen of kunnen”.
Peergrouponderwijs – Formatief toetsen
Er zijn grofweg twee typen toetsen: summatieve toetsen waarbij de resultaten min of meer leiden tot een opsomming van wat de leerling weet en bereikt heeft; en formatieve toetsen waarmee we in beeld brengen wat een leerling (nog) te leren heeft, hoe dit bereikt kan worden. En waarbij de antwoorden handvatten geven op tot een bij de leerling passend aanbod en aanpak te komen.