Theory of Mind gaat over het vermogen je te kunnen verplaatsen in andermans gedachten en beleving. Vanaf ongeveer vier à vijf jaar beginnen kinderen te begrijpen dat anderen iets anders kunnen zien, voelen en beleven dan zij zelf. Kinderen die dat zelf al kunnen, begrijpen op die leeftijd echter niet dat een ander dat nog níet kan. Als kinderen ouder worden leren ze ook het verschil tussen verbale en non-verbale communicatie begrijpen, ze leren dat wat jij zegt en doet ook iets doet met een ander, en hoe je dat kunt beïnvloeden. Theory of Mind is een in hoge mate cognitief construct dat vaak als ‘sterker’ wordt waargenomen, naar mate de intelligentie hoger is, ook in testscores. Begaafde kinderen kunnen op grond van hun hoge intelligentie zo goed redeneren wat er verwacht wordt dat ze ogenschijnlijk het heel goed doen. In de praktijk blijken ze dan niet altijd evenredig te kunnen handelen: dat is dan gewoon leeftijdsadequaat of zelfs zwakker.