Om te voldoen aan de inspectie-eisen voor (hoog)begaafde leerlingen, moeten scholen aantonen dat zij hun onderwijs afstemmen op deze doelgroep. Dat begint bij een analyse van de doelgroep zoals deze op school deelneemt. Vervolgens is er een rijk, kerndoeldekkend aanbod beschreven dat voldoende uitdaging biedt en aansluit bij het niveau en de educatieve behoeften van (hoog)begaafden. De school moet zicht hebben op hun ontwikkeling en dit vertalen naar passende begeleiding, doelen en interventies.
Belangrijk is dat er beleid en praktijk is waarin de instructie en verwerking worden aangepast, bijvoorbeeld door het stellen van hogere-orde-denkvragen of het samen leren werken aan bijvoorbeeld projecten. Extra aanbod en ondersteuning moeten concreet beschreven worden in beleid en leerlingdossiers. Het is belangrijk dat een school systematisch werkt aan onderwijsontwikkeling met een duidelijke visie, merk- en meetbare doelen en professionele reflectie. Monitoring van de kwaliteit van het onderwijs gebeurt op leerling-, team- en schoolniveau via cyclisch analyseren en evalueren (PDCA). Scholen zijn verplicht om aan te tonen dat gemaakte keuzes effectief zijn en bijdragen aan goed onderwijs voor élke leerling.

