Onderleren en onderpresteren hebben met elkaar te maken, maar zijn wel twee verschillende dingen.
Onder onderpresteren verstaan we minder presteren dan je op grond van een vermeend ontwikkelingspotentieel zou kunnen, waarbij een deel van deze leerlingen ook beneden het groepsgemiddelde presteert.
Onder onderleren verstaan we leerlingen die minder leren dan dat ze op grond van hun ontwikkelingspotentieel zouden kunnen. Er zijn leerlingen die ten opzichte van de gemiddelde leerlingen of de andere academisch sterke leerlingen nog steeds goed presteren, maar eigenlijk nauwelijks leren. Dat zijn de leerlingen die veelal hoog scoren en foutloos werken. Leerlingen die onderleren ervaren dat de context waarin zij op school functioneren onvoldoende een beroep doet op hun eigen capaciteiten en benoemen deze mismatch vaak als ze daarover in een veilige situatie in gesprek kunnen gaan.